Mijn favorieten

Er zijn nog geen favoriete franchiseformules geselecteerd

Franchise en zorg, een goed huwelijk?

Bij franchise denk je al snel aan de alom bekende ketens die we in de winkelstraten zien. Veel minder bekend is het gegeven van franchise in de zorg. En toch is dit de sector waarin het fenomeen franchise enorm in opkomst is. Waar de retail nog onderhevig is aan fluctuaties in de economie, is dit in de zorgsector beduidend minder het geval. Immers, de behoefte aan goede zorg is er altijd, ongeacht de conjunctuur.

Juist in een sector als de zorg kan franchise van grote toegevoegde waarde zijn. De ondernemer wil en kan zich grotendeels richten op het verlenen van zorg en heeft de ondersteuning van de franchisegever bij het ondernemen. Prachtig toch?

Bij franchise in de zorg kun je aan een aantal vormen denken, maar een bijzonder grote groei is er te zien in de zogenaamde alternatieve woonvormen. Deze zijn er voor diverse bewonersgroepen. Denk hierbij aan de Thomashuizen en Gezinshuizen, waar kinderen en jongeren met een beperking worden opgenomen in een vervangende thuissituatie, waar zij extra en specialistische zorg krijgen.

Of kijk eens bij een Herbergier of Zorgbutler, mooie initiatieven voor de ouderen onder ons. Vergelijk dat met een traditioneel verzorgingshuis of verpleeghuis en je ziet de meerwaarde van dergelijke formules. Kleinschalige en persoonlijke zorg, waarin ouderen zo lang mogelijk hun zelfstandigheid kunnen behouden.

Allemaal fantastisch, zo lijkt het, maar is het dan alleen maar positief? Nee, want helaas zijn er regelmatig hindernissen. Bijvoorbeeld in de vorm van wettelijke regelingen. Een voorbeeld hiervan is het verlenen van een borgstellingskrediet aan startende ondernemers. Voor veel startende ondernemers een uitkomst om een bancaire financiering te krijgen. Echter, dit borgstellingskrediet valt onder het Ministerie van Economische Zaken. De zorg valt onder het Ministerie van Volksgezondheid. Dus wat er vervolgens gebeurt, is dat het eerste loket zeer enthousiast is over de diverse initiatieven, maar vervolgens naar het volgende loket doorverwijst om voor het geld zorgen. En daar gaat één en ander scheef lopen.

Er zijn dus nog een hoop stappen te zetten. Het zou mooi zijn als de diverse instanties inzien dat zowel de traditionele franchisewereld als de traditionele zorgverlening veranderen en daardoor de handen ineen slaan in plaats van te denken in “wij” en “zij”. Er is een continue vraag naar goede zorg. Hoe ideaal is het dan om deze zorgverlening te combineren met goed ondernemerschap.

Dus om terug te komen op de vraag “Is franchise en zorg een goed huwelijk?” dan is het antwoord “Ja!”,  maar er moet nog een hoop gebeuren om het huwelijk daadwerkelijk te laten slagen.

Esther Warmerdam – Assistent Relatiemanager, ABN AMRO Franchise Clients

×